Lees de onderstaande informatie een aantal malen goed door en probeer de kernpunten goed te onthouden.
Klik op een hoofdstuk om de informatie te zien.
Tip: lees de informatie hardop voor (maar wel zo dat je anderen niet stoort).
Download moestuinplan
Heb je veel grond of weinig grond, maar gebruik je die momenteel niet?
Dan is het slim om een moestuinplan te maken zodat je de grond actief gaat gebruiken.
Een moestuinplan is een tekening waarin staat op welke plek in je tuin je gewassen gaat telen, wanneer en hoe je ze gaat telen.
Hier kun je een voorbeeld van een moestuinplan bekijken.
Hoe goed een gewas gaat groeien hangt in principe van jou, de tuinman, af.
Hoe geef je een gewas voldoende voedingstoffen en goede verzorging? Welke soort grond is de juiste voor je gewas en welke buren passen bij je gewassen?
Dit zijn allemaal vragen waar jij antwoord op dient te geven per gewas in je moestuinplan, voor een succesvolle teelt en oogst van je groenten en fruit.
Rotatieteelt - In een moestuinplan kun je aangeven dat je een bepaald gewas steeds elk jaar een bed opschuift, om zo de aarde de kans te geven zich te laten herstellen. Ze noemen dit ook wel teeltrotatie of vruchtwisseling.
Combinatieteelt - In een moestuinplan kun je de planten die juist goed naast elkaar kunnen groeien dicht bij elkaar staan en de planten die niet goed naast elkaar kunnen groeien ver uit elkaar staan.
Op de eerste dag dat je met je moestuin begint kun je al de afscheiding of grens van je eerste bed maken en een bordje erbij zetten met welke groente of fruit daar komt.
Tip: als je tuinkers zaait in je eerste bed, heb je vaak een week later al dat je iets ziet opkomen.
Om het succes van je moestuin groter te maken is het verstandig een bloemenrand rondom je moestuin aan te leggen.
Dit trekt veel bijen en vlinders aan en die gaan je fruitplantjes heerlijk bestuiven zodat er vruchten gaan groeien en allerlei andere biologische processen plaatsvinden.
Ook al heb je nog geen groente of fruit gezaaid of geplant, toch kun je gelijk al vanaf dag 1 je moestuin er mooi uit laten zien met een bloemenrand.
Als je begint met een moestuin zijn er bepaalde gewassen die de voorkeur genieten om te gaan telen.
Twaalf makkelijke gewassen zijn:
Naast bovenstaande gewassen kun je ook goed cassave, banaan, bacove, kersen (west-indische kers), papaya, markoesa, tayerblad, spinazie, dagoeblad, peper, paprika, bitawiri, agroemawiri, klaroen en watermeloen planten.
Sommige mensen zullen nu denken dat aardappelen, bietjes en worteltjes het niet goed gaan doen.
Maar omdat je ze in een moestuin in een bak kunt kweken met optimale temperatuur en irrigatie*, kun je toch goede resultaten halen.
*) Irrigatie is een moeilijk woord voor kunstmatige bevloeiing.
Als je gaat planten en je wilt veel resultaat is het verstandig om een teelthandboek te maken.
Daarin schrijf je alle tips op je die leest of hoort voor het planten en verzorgen van een gewas.
Hiermee voorkom je dat je de belangrijke dingen vergeet, want er zijn namelijk veel dingen om te onthouden.
In je eigen teelthandboek staat wat je wanneer en hoe dient te doen.
Daarnaast is het verstandig om ook een logboek bij te houden. Daarin staat wat je hebt gedaan en uitslagen van metingen die je hebt gedaan bij je planten.
Mulchen is het bedekken van de aardebodem rondom je planten met een laagje organisch materiaal.
Met organisch materiaal bedoelen we:
Mulchen heeft vele voordelen, namelijk:
Maak je mulchlaag maximaal 5 cm hoog.
Tip: als je regenwormen hebt in je aarde is dit een teken dat je aarde goed organisch materiaal bevat.
Je moestuin beheren is heel belangrijk. Je planten hebben elke dag je aandacht nodig.
Ga elke dag op dezelfde tijd langs al je planten, of verdeel je tijd goed over de planten.
Meet de hoogte van je planten en schrijf dat op in je logboek.
Haal de rotte, beschimmelde en dorre bladeren weg. Schrijf op in je logboek wat je gedaan hebt per soort plant.
Check dat je planten niet te nat staan maar ook niet te droog.
Zorg ervoor dat jij of iemand anders in de vakantietijd ook bij je moestuin kunt. Denk daar van te voren over na en spreek het af.
Hoe beter je het beheer doet des te beter houd je ziekten uit je moestuin.
Als er een keer iets tegenzit in je moestuin, geef dan niet op, maar houd je aan je plan en ga gewoon door.
Je kunt ook altijd met een landbouwer in je omgeving contact zoeken en je zorgen of problemen met je moestuin bespreken.
Twee weten altijd meer dan één!
Om allerlei insecten en ongedierte tegen te houden is het slim je moestuin te omrasteren met gaas, zoals kippengaas.
Je kunt ook een houten frame maken voorzien van een gaatjesnet en dit over je gehele moestuin plaatsen.
Dit is een soort tropische kas en zorgt ervoor dat je bijna alle ongewenste insecten, vogels en ongedierte buiten de deur kunt houden.
Iedereen die je kas binnengaat moet wel eerst zijn handen wassen en zijn schoenzolen schoonmaken. Bijvoorbeeld door eerst in een bak water te stappen en daarna de schoenen schoon te borstelen. Iemand kan ook zijn schoenen uit doen of er plastic zakjes omheen doen.
Als je geen gieter hebt of weinig geld, dan kun je heel makkelijk zelf een gieter maken.
Met een gieter kun je heel nauwkeurig de juiste hoeveelheid water op de juiste plek geven.
Een gieter maak je door een oude of lege plastic frisdrank fles te pakken, en deze goed om te spoelen.
Prik in de dop of als de dop te klein is, prik in de bovenste helft in de hals gaatjes (doe dat wel voorzichtig en samen met een volwassene).
Versier daarna je fles met leuke kleurtjes of plak er een mooi plaatje op.
Vul daarna je fles met water en je hebt je eigen gieter gemaakt.
Nu kun je het water zachtjes sprenkelen over het zaaigoed, zoals je op de foto kunt zien.
Voor landbouw en tuinbouw heb je tuingereedschappen nodig.
Als je weinig geld hebt dan kun je proberen om deze gereedschappen te lenen.
De meest tuingereedschappen staan in schuurtjes jarenlang niets te doen.
Om je moestuin goed te kunnen onderhouden heb je het volgende gereedschap nodig:
Om goed te groeien halen planten verschillende sporenelementen, fosfor, stikstof, kalium en kalk uit de grond.
Deze voedingstoffen zitten ook in een composthoop.
Al het groente en fruitafval dat mensen maken kun je verzamelen in een bak.
Na enige tijd zal het afval vergaan zodat het compost gaat vormen.
Compost is voedzaam organisch materiaal waar je planten goed op groeien.
Om groente en fruit te kunnen telen heb je zaden of plantmateriaal nodig.
Deze zaden en plantmateriaal kun je kopen maar je kunt ook kijken of je zaadjes en stekjes kunt vinden in de natuur.
Daarbij moet je je natuurlijk wel aan de regels houden en niet zomaar in het wilde weg gaan plukken.
Je kunt ook kijken of je zaadjes of stekjes kunt krijgen van een landbouwer die je graag wilt helpen opstarten.
Regrowing is een techniek waarbij je de onderkant/wortelkant van een groente hergebruikt om weer wortel te laten schieten.
Of je gebruikt de zaadjes uit het vruchtvlees van fruit om zaaien.
Het werkt bij meer groente en fruit dan je denkt.
Bij sla, ui, wortel, ananas, radijsjes, aardbeien, en nog veel meer kun je de onderkant/wortelkant afsnijden, schoonmaken en in een glaasje water wortel laten schieten.
Bij aardbeien en dragon fruit kun je bijvoorbeeld de zaadjes uit het vruchtvlees halen, schoonmaken en op natte watjes laten kiemen.
Op internet is er veel informatie te vinden over regrowing. Probeer ook veel zelf te experimenteren, want daar leer je veel van.
En vergeet niet je ervaringen in je teelthandboek te zetten en je kennis te delen met andere tuinmannen.
Een moestuin bestaat normaal gesproken uit bedden.
Een bed is een verhoogd gedeelte van aarde waar je je planten in teelt.
Bedden zijn vaak maximaal 60 cm breed en 120 cm meter lang en 20 cm tot 30 cm hoog.
De paden tussen de bedden zijn vaak 30 cm breed.
Je hebt in principe drie soorten bedden:
Kijk in je tuin waar het zonnig is en waar het beschut is.
Sommige gewassen willen volle zon, maar er zijn er ook die juist schaduw of halfschaduw willen hebben.
Heb geen schaduw of halfschaduw in je tuin, plant dan een grote boom, heg of bouw een afdakje met kleine gaatje in het dak.
Dit is makkelijker te realiseren dan je denkt en je hebt er qua betere groeiprestaties in je moestuin veel plezier van.
Spit de aarde in een bed goed om voordat je begint te zaaien.
Zaai en plant in lijnen in je bed, zodat je goed het onkruid van je planten kunt onderscheiden.
Je plantjes hebben op regelmatige tijden water nodig. Dus het is slim een voorraad water aan te leggen.
Je kunt dit zelf doen regenwater op te vangen met een eenvoudige regenton.
Dit water kun je weer aan de planten geven. Regenwater bevat minder kalk en is daarom beter voor je planten dan kraanwater.
Bovendien is regenwater gratis en dus goed voor je portemonnee.
In de regel is het handig om een horeca zithoek te maken naast je moestuin.
Horeca is een afkorting van Hotel-Restaurant-Café.
Een horeca zithoek bestaat uit een afdakje, een tafel en vier stoelen, met een bord op een paal erbij met de naam van je moestuin.
Als je de hele dag bij je moestuin bent, is het heerlijk om af en toe even uit te rusten.
Je kunt ook beter samenwerken en overleggen in de zithoek.
Ook kun je makkelijker vrienden, kennissen of relaties meenemen en iets drinken of eten bij je moestuin.
Voor je het weet begin je zo je eigen horecaonderneming.
Kernpunten om goed te onthouden zijn:
Wil je op jouw school of thuis ook aan de slag gaan met een moestuin?
Spreek dan af met een docent of een ouder. Vorm samen een team en doe de volgende taken:
Taak | Deadline | Status |
---|---|---|
1. Uitkiezen plek voor moestuin | ... | ... |
2. Maken moestuinplan | ... | ... |
3. Markeren van de bedden en het looppad met strepen in het zand | ... | ... |
4. Houten planken plaatsen als randen van je bedden | ... | ... |
5. Een bak van hout op pootje maken (een verhoogd bed) | ... | ... |
6. Plaatsen van naambordjes bij de beddedn | ... | ... |
7. Omspitten van aarde | ... | ... |
8. Zaadjes of plantjes verkijgen door ze te vragen aan een teler | ... | ... |
9. Inzaaien eerste gewassen | ... | ... |
10. Afdak met of zonder netten aanbrengen voor schaduw | ... | ... |
11. Maken van een foto hoe het erbij ligt | ... | ... |
12. Je eigen gieter maken | ... | ... |
13. Je plantjes water geven | ... | ... |
14. Bloemenrand maken | ... | ... |
15. Mulch maken | ... | ... |
16. 1 tafel en 4 stoelen van hout maken | ... | ... |
17. Van een kokosnoot of kalebas een drinkbeker maken | ... | ... |
18. Fruit in de natuur plukken (wel vragen of je daar mag plukken) | ... | ... |
19. Sap maken van het fruit | ... | ... |
20. Aan je tafel gaan zitten en het sap drinken. | ... | ... |
... | ... |
Wanneer je de bovenstaande informatie een paar keer hebt doorgenomen, ga dan de oefeningen maken die hierbij horen.
Oefenen